Een goed begin is het halve werk, zeker als het om schrijven gaat! Maar hoe weet je nu of jouw verhaal écht goed begint? In deze blogpost deel ik vijf elementen die ik altijd meeneem als ik de eerste 1000 woorden van een manuscript redigeer (zoals tijdens de gratis quickscan die ik aanbied). Wist je dat veel schrijvers het begin van een boek pas op het laatst schrijven? Geldt dat voor jou ook? De kans is dus groot dat je, als je bezig bent met je openingsscène, je jouw eerste versie van je manuscript al hebt geschreven. Waarom denk je dat dit zo werkt, voor veel schrijvers? Zelf denk ik dat het komt omdat het dan pas mogelijk is om ‘hints’ te verwerken in je openingsscène. Als je zelf nog niet tot in de puntjes weet wat er gaat gebeuren, als je slechts een vaag beeld hebt van je plot bijvoorbeeld, hoe kun je dan een goede inleiding schrijven?
Schrijfstijl
Je schrijfstijl bepaalt in grote mate hoe jouw verhaal overkomt. Wie is de verteller in jouw verhaal? (Vanuit welk perspectief wordt jouw verhaal verteld en welk karakter is aan het woord?) Een verteller met een duidelijk herkenbare stem en specifieke toon trekt de lezer meteen in de wereld van jouw roman. Denk goed na over welke sfeer je wilt neerzetten: is het luchtig, meeslepend, grappig?
Het begin van het verhaal
Een pakkend begin zorgt ervoor dat de lezer nieuwsgierig blijft. Open je verhaal met een scène die prikkelt, vragen oproept, of meteen een klik met het hoofdpersonage creëert. Een goed begin hoeft niet per se met actie te beginnen, maar moet wel iets intrigerends laten zien, iets wat de lezer direct vastpakt.
Karakterontwikkeling
Lezers willen zich verbonden voelen met de personages. In de eerste 1000 woorden zou je al subtiele signalen kunnen geven van hun persoonlijkheid en eigenaardigheden. Denk aan kleine details of reacties die iets vertellen over wie ze zijn (of beter gezegd; laten zien, in de zin van ‘Show, don’t tell’). Sterke personages zijn vaak herkenbaar en hebben iets eigens wat ze onderscheidt, zelfs al helemaal aan het begin.
Dialogen die levensecht aanvoelen
Goede dialogen klinken natuurlijk en passen bij het personage. Vraag jezelf af: zouden mijn personages echt zo praten? Vermijd te veel uitleg of ‘informatieve dialogen’; laat je personages in plaats daarvan vanuit hun persoonlijkheid spreken. In YA en feelgood zijn humor en authenticiteit vaak doorslaggevend.
Setting en sfeer neerzetten
De wereld van je verhaal moet meteen voelbaar zijn voor de lezer. Dit hoeft niet uitgebreid te zijn, maar wel doeltreffend. Zorg ervoor dat jouw setting het verhaal ondersteunt, of dat nu een gezellige boekwinkel is of een drukke stad. Kleine details kunnen al veel bijdragen aan de sfeer en een emotionele toon zetten.
Hopelijk geven deze tips je houvast om de eerste pagina’s van je manuscript nóg sterker te maken. Veel succes met schrijven! Mocht je een quickscan door mij willen laten uitvoeren, klik dan op deze link.
Your Comment Form
Comments
PLEASE COMMENT BELOW